Behandelingen & Informatie

Op deze pagina's vindt u informatie over de meest voorkomende behandelingen in onze praktijk en uitleg over de verschillende logopedische vraagstukken.

Articulatie

 
Articulatie

 

Ademhaling

Spraak of articulatie betekent het uitspreken van klanken. Voor de communicatie is dit heel belangrijk. Elk woord is opgebouwd uit klanken. Om tot goede spraak te kunnen komen heb je een goed gehoor nodig maar ook een goede luisterhouding en een goed ontwikkelde sensomotoriek van het spraakorgaan..De spraakontwikkeling van een kind wordt enerzijds bepaald door de mate waarin het kind de verschillen tussen de klanken kan waarnemen en anderzijds
door de sensomotorische controle over de tong-, lip- kaak- en gehemeltespieren.

 

Spraakstoornis

Wanneer er een afwijking in de spraak is ten opzichte van de normale ontwikkeling is er sprake van een spraakstoornis. Door klanken weg te laten, te vervangen of te vervormen kan er een andere betekenis ontstaan. Dit kan leiden tot problemen in de communicatie. Een spraakstoornis kan verschillende oorzaken hebben, bijvoorbeeld:
  • - Als gevolg van afwijkend mondgewoonten
  • - Door gehoorklachten
  • - Veranderingen aan spraakorganen zoals lippen, tong, kaak en gehemelte (bv. schisis)
  • - Neurologische problemen
Het duurt ongeveer 5 jaar voordat een kind alle klanken kan produceren.
In de logopedie wordt er onderscheid gemaakt tussen:
 

 

1. Fonologische spraakstoornissen

Wij spreken van een fonologische stoornis wanneer een kind wel is staat is om alle klanken correct te vormen, maar moeite heeft met het gebruiken en contrasteren van de klanken in de woorden. Het kind heeft moeite met het toepassen van de regels van het klanksysteem. Het kind vereenvoudigd de fonologische regels of past ze anders toe. De fonologische stoornis kan dan worden beschouwd als een ‘regelstoornis’ en die uit zich dan in articulatiefouten. Voorbeelden van fonologische spraakstoornissen: pelen (=spelen), toe (=koe), sool (=school), uwoon (=gewoon), sloep (=snoep), wat (=wacht). 
Wanneer het kind meerdere fonologische regels verkeerd toepast worden hij onverstaanbaar voor zijn omgeving. Communicatie verloopt moeizaam waardoor hij ook onzeker kan worden. Een leerachterstand behoort tot de risico’s.
 

 

2. Fonetische spraakstoornissen

In het geval van een fonetische of perifere spraakstoornis worden de klanken afwijkend of helemaal niet gerealiseerd. De klanken worden foutief geproduceerd. Soms gaat het om enkele klank of het kan ook om meerdere klanken gaan. In dit geval wordt het niet veroorzaakt door andere afwijkingen. 
Normaal articuleren is een vaardigheid die men moet leren. In sommige gevallen hebben sommige kinderen daar moeite mee. Deze kinderen leren de spraakklanken niet of onvoldoende of foutief.
In sommige gevallen is het door organische afwijkingen niet mogelijk om bepaalde klanken correct te realiseren. Dit kan het gevolg zijn van tongmalformaties, vergrote tonsillen, malocclusie, problemen met neuspassage, schisis en/of gehoorproblemen.
 

3. Dysartrie

Dysartrie is een spraakstoornis ten gevolge van een onderbreking in de innervatie van de spieren door beschadiging van het centrale of perifere zenuwstelsel. Hierdoor werken spieren die nodig zijn voor de ademing, de stemgeving en de uitspraak onvoldoende. Deze stoornis kan zowel aangeboren als verworven zijn: ziekte van Parkinson, ALS, MS, facialis parese.
De communicatie verloopt moeizaam omdat mensen met een dysartrie moeilijk verstaanbaar zijn. Dit kan het gevolg zijn van onduidelijke uitspraak, een te zachte en/of hese stem, monotone of nasale spraak of een combinatie hiervan.
 

Logopedie

De logopedist zal nagaan welke stoornissen het spreken van het kind beïnvloeden. Soms is daarbij onderzoek door een KNO-arts nodig of wordt het kind verwezen naar het audiologisch centrum.
De logopedische behandeling kan indirect of direct zijn. Bij een indirecte therapie instrueert en begeleidt de logopedist de ouders of verzorgers in de manier waarop ze het kind bij het spreken kunnen stimuleren. 
Bij de directe logopedische behandeling staat de wisselwerking tussen kind en logopedist centraal. De logopedist heeft verschillende methodes ter beschikking waarbij op een speelse manier met het kind wordt geoefend. Er worden luisteroefeningen gedaan en het kind leert het correct uitspreken van voor het kind moeilijke klanken en klankcombinaties. Soms wordt een klank aangeleerd door Prompt technieken waarbij de logopedist aan het kind de klank laat voelen hoe deze gemaakt wordt. Meestal worden er oefeningen mee naar huis gegeven.